Danick Juich Site

Danick Snelder geniet al jaren van handbalgek Hongarije: ‘Je begrijpt het pas echt als je hier bent.’

Door Richard van der Made


Ze is al heel lang aanvoerder en daarmee één van de leiders en boegbeelden van het Nederlands team. Danick Snelder, geboren op 22 mei 1990 in het Zuid-Hollandse Pijnacker. Begonnen op haar vijfde levensjaar bij Oliveo in het dorp waar haar ouders nog altijd wonen. Daar, in het Westland, dacht de cirkelloper in coronatijd nog wel eens terug aan die historische prestatie in december. ‘Ik vind het nog steeds bizar en onrealistisch. Wie had dit tien jaar geleden nou verwacht?’

Herniablessure
Snelder moet er vanuit Boedapest (‘echt een waanzinnig mooie stad’) ook een beetje om lachen. Wereldkampioen handbal met het nietige Nederland na een knotsgek, wisselvallig maar fantastisch toernooi in Japan. Ze was redelijk hersteld van een zware herniablessure die vooral zorgde voor fikse problemen in haar voet. ‘Het signaal van mijn hoofd naar de voet werkte niet goed. Heel lastig met afzetten en je explosiviteit. In die tijd heb ik zeker ook gedacht aan stoppen.’

Huilend in bed
Het EK 2018 moest ze laten schieten. Op 11 december, Nederland kreeg in Nancy een pak slaag van Noorwegen, werd de hernia operatief verwijderd. ‘Ik weet nog dat Helle Thomsen ruim voor het EK vroeg of ik naar Nederland wilde komen voor de voorbereiding. Maar ik lag huilend in bed van de pijn. Uiteindelijk ben ik toch nog gegaan, maar het kon gewoon niet. Precies een jaar na de operatie speelde ik op het WK tegen Zuid-Korea. Dat had ik echt nooit gedacht, want ik had voor het toernooi ook best veel twijfels. Als ik 90 procent ben, is dat dan wel genoeg? Zou ik het allemaal wel weer kunnen brengen?’

‘Overwinning op mezelf’
Hoewel de honger naar meer succes onverminderd groot blijft, was de wereldtitel de kroon op het werk van een unieke Nederlandse lichting. ‘Omdat het vaak ook net niet was’, weet Snelder. ‘We hadden net een nieuwe trainer, we waren verzwakt. Wat het voor me heeft betekend? Die gouden plak was een overwinning op mezelf en met het team’, vat de ervaren dekkingsspecialist de ultieme prestatie samen.

Hard hoofd in Tokio
‘Het maakt me zo onwijs trots’, schetst Snelder haar gevoel. ‘Zo vaak waren er in de afgelopen jaren speelsters die gewoon niet meer konden lopen en kapot zaten. Maar we zijn altijd door blijven gaan. En nu wilde iedereen zo graag ook naar de Spelen in Tokio. Het was waar we in Japan ook direct aan dachten.’ Snelder dekt zich dan een beetje in: ‘Eerlijk gezegd heb ik er best een hard hoofd in of het doorgaat volgend jaar. Ik wil niet naïef zijn anders ben ik bang dat het straks keihard terugkomt als het toch weer zou wegvallen.’

Kleine pauze
Het zijn onzekere en rare tijden net als haar volgende avontuur in het handbalgekke Hongarije weer spannend is. We spreken Danick vanuit de prachtige hoofdstad aan de Donau waar ze een ontspannen indruk maakt. ‘Ik voel me hier thuis.’ Het zijn haar laatste dagen als speelster van FTC Hungaria. ‘Ik zit nu in een leeg appartement’, lacht de 30-jarige Snelder die ook al zes zeer succesvolle jaren bij Thüringer in Erfurt beleefde. ‘Nog anderhalve week trainen bij FTC en dan heb ik een kleine pauze.’

Groot plan
Bij Siofok komt Snelder haar collega international Laura van der Heijden tegen die overkomt van Bietigheim. Ze zegt blij te zijn met haar nieuwe stap. ‘Op 1 juli starten de voorbereidingen hier en beginnen wij dus ook bij Siofok. Ik heb vier mooie jaren gehad bij Ferencvaros maar heb nu veel vertrouwen in de ambities van Siofok. Ze willen Champions League spelen en ik wil nog één keer meewerken aan zo’n mooi en groot plan. Ik ga wonen aan het Balatonmeer, een uurtje rijden ongeveer van Boedapest.’

Rug naar het veld
Handballen in Hongarije is bijzonder. De sport is gigantisch populair en hangt van oude tradities aan elkaar. Snelder vertelt over de passie van de mensen en de omvang van FTC. Het handbal is echt heel groot hier en binnen de vereniging FTC zitten ook sporten als waterpolo, atletiek, shorttrack en voetbal. Je begrijpt het allemaal pas echt als je hier bent.​ Mensen groeien op met een groen-wit hart. Vanaf het moment dat ze kunnen lopen, zijn ze fan. Dat zit er zo diep in. Het is hun club ook al begrijpen ze niets van handbal. Die mensen staan dan tijdens wedstrijden gewoon met hun rug naar het veld en zo zorgen ze voor sfeer op de tribunes. Op die manier helpen ze ons.’

‘Dagelijks zijn er ook wedstrijden op TV en je proeft op straat de onderlinge rivaliteit t​ussen de clubs’, weet Snelder. ‘Maar het gaat wel gemoedelijk en met grapjes als je op terrasjes bijvoorbeeld wordt herkend. Dan laten supporters je wel even blijken dat ze je kennen en wordt je ook wel even herinnerd of je voor de juiste club speelt’, lacht ze. ‘Ach, na Duitsland wilde ik iets nieuws. Uit mijn comfort-zone stappen. Voor een topsporter is het hier fijn om een professioneel leven te leiden.’

Klakkeloos volgen
Vier jaar woont ze nu in Hongarije. De taal heeft de ervaren handbalster inmiddels “heel redelijk onder de knie.” Ze kent de cultuur en de voor Westerse begrippen bijzondere gewoontes. ‘Natuurlijk had ik het in mijn eerste jaar ook moeilijk. Ik heb me zeker wel eens afgevraagd “wat doe ik hier?” Een trainer die geen Engels spreekt en die door iedereen klakkeloos wordt gevolgd. Ik ben anders en was gewend dat ook mij werd gevraagd hoe ik bijvoorbeeld een tegenstander verdedig. En dat je samen met de trainer een plan maakt, dat je met elkaar discussies hebt. Waarom doe je iets en hoe kom je daartoe? Veel meer samen nadenken.’

Via via
De meeste jonge meiden doen hier vaak gewoon wat ze opgedragen wordt. Zo gaat het al jaren en trainers of begeleiders hebben er vast over nagedacht. Maar gelukkig zie ik ook wel iets van verandering ontstaan’, aldus Snelder. ‘Het is hier ook een wereldje van ons kent ons’, voegt ze daar nog aan toe. ‘Via via moet je je afspraken in dit land zien te regelen. Anders is het gewoon lastig en loop je kans dat je twee maanden moet wachten als je een bepaalde persoon niet goed kent.’

Na acht weken relatieve rust in Nederland hoopt Snelder de draad binnenkort dus weer op te pakken. ‘Ik heb bij mijn ouders wel veel getraind, maar dat is vooral kracht en veel buiten lopen. Je mist natuurlijk een doel en ook structuur. Het was wel heel fijn eens wat langer bij je familie te zijn, maar je raakt jezelf ook een beetje kwijt in zo’n bizarre tijd. Je denkt dat het na twee weken wel voorbij is en een soort van grapje is, maar je merkt al snel dat het realiteit is.’

Plakkaat op de deur
We komen dan te spreken over haar reis vanuit Eindhoven naar Boedapest op 5 mei.  Dat was een chaotische toestand. ‘Op de luchthaven moest ik veel papieren laten zien en duidelijk maken dat ik geen toerist ben’, vertelt Snelder. ‘Een Hongaars paspoort heb ik uiteraard niet. Het was raar en spannend en ik vroeg me serieus af of ik wel mee kon, maar ik wilde ook graag terug.

In Boedapest was alles op het vliegveld nog strenger. Ze vroegen mij van alles. Waar ik de quarantaine ging doorbrengen bijvoorbeeld en of ik hulp nodig had bij boodschappen. Ook kreeg ik van de overheid een groot plakkaat mee met het opschrift dat ik twee weken in quarantaine zat. Dat moest op mijn voordeur.’

Snelder: ‘Ik heb het één dag echt zwaar gehad, maar eigenlijk ging het best goed en ook wel snel voorbij. Je stelt je erop in, kijkt films, leest een boek en slaapt wat meer uit. Toen het dag 15 was en ik weer op de club mocht komen, was ik echt super blij. Eindelijk weer naar buiten en eindelijk kon ik weer een bal vasthouden. Iedereen werd getest, ik gelukkig ook negatief, en zo zijn we weer voorzichtig begonnen.’

Zaal reinigen
Ze schetst de afspraken die strikt moeten worden nageleefd. ‘Eerst was het nog zonder contact, maar nu is er alweer iets meer mogelijk. Er zijn drie zaaltrainingen per week. Nee, echte duels gaan we nog niet aan, maar we gooien wel naar elkaar en schieten op de keepers. Tot 13 uur mogen we steeds gebruik maken van de zaal, die dan in de middag helemaal gereinigd wordt. In de kleedkamer zijn maximaal zes personen toegestaan.’

Mondkapje
De verschillen zijn er ook merkt Snelder: ‘Hier in Hongarije is een mondkapje dragen overal verplicht. In Nederland wordt veel meer nadruk gelegd op die anderhalve meter afstand. Ik denk dat hier wat minder angst is, er waren ook minder besmettingen. Maar welke maatregelen gaan ons redden?, vraagt ze zich af. ‘Het is soms net wat je hoort. Langzaam zie ik het weer drukker worden op straat. Sinds vrijdag zijn ook de cafés weer open, maar alles wel onder duidelijke voorwaarden.’